Zevenhuis

Zevenhuis


MEI 2021

Reclame Zevenhuis

De Dorpsraad heeft bezwaar gemaakt tegen de reclamezuil die staat op Zevenhuis. Wij kwamen er achter dat de zuil niet was ingericht volgens de omgevingsvergunning. Aanvankelijk heeft de gemeente Hoorn die er over gaat, erkent dat de omschrijving in de omgevingsvergunning was overtreden en dat men zou handhaven met een dwangsom.
Na 6 weken constateerde de Dorpsraad dat er niets was veranderd en hebben wij een nieuwe brief aan de gemeente Hoorn gestuurd met de vraag om opheldering. Het bleek dat intussen de gemeente Hoorn de omgevingsvergunning heeft aangepast. Gelukkig konden wij daar nog bezwaar tegen maken.

Komende week zijn wij uitgenodigd voor een video bijeenkomst. De Dorpsraad heeft daar bezwaar tegen gemaakt omdat wij vinden op grond van de ervaring van ons bezwaar tegen de bouwhoogte op Zevenhuis, dat het met een videoverbinding niet goed mogelijk is om onze argumenten naar voren te brengen.
Dit bezwaar is ook weer in behandeling. Wordt vervolgd.
—————————————————————————————————————————-
Aan het college van Burgemeester en Wethouders en de gemeenteraadsleden van de gemeente Hoorn.

Onderwerp: brief van Treurnis

Geacht college,

Wij hebben kennis genomen van uw besluit in de brief van 13 mei jongstleden over de bouwhoogte van een bedrijfspand op de Adam Smithweg 3 te Zwaag. Uw besluit wordt gemotiveerd door de uitspraak van de bezwarencommissie.

Wij betreuren uw besluit. Het is niet de eerste keer dat u de afspraken die u in het verleden heeft gemaakt schendt, en dit keer met juridische regels motiveert. De bezwarencommissie heeft ons inziens terecht onder woorden gebracht dat u te kort bent geschoten in uw motivering naar de Zwaagdijkers. Juridische regels, in dit geval de kruimelregeling gebruikt u om afspraken die zijn gemaakt te schenden. U heeft blijkbaar de juridische mogelijkheden om dat te doen. Dat is al eerder gebleken met betrekking tot afspraken over de groenstrook tussen het noorden van het bedrijventerrein en de Zwaagdijk, met een groenstrook tussen fase 1 en fase 2 van Zevenhuis, met het Uilengebied ten zuiden van de Zwaagdijk.

Ook meent de bezwarencommissie dat ten aanzien van de groenstrook meer inspanning door het college wenselijk is en geeft het college ter overweging om tegemoet te komen aan de wensen van de bewoners van de Zwaagdijk. In uw brief van 13 mei jongstleden rept u met geen woord over de aanbeveling over de groenstrook.

De Dorpsraad realiseert zich dat u dit alles niet intereseert, en dat u zich niet aan afspraken houdt. Daarom ontvangt u deze brief van treurnis. Ook weten u dat u geen waarde hecht aan een goede relatie met uw buurgemeente, en dat u alleen uw eigen belang vooropstelt. Ook daarom deze brief van treurnis. De Dorpsraad is benieuwd of u terugkomt op de adviezen van de bezwarencommissie ten aanzien van de groenstrook tussen de Zwaagdijk en het bedrijventerrein Zevenhuis.

Hoogachtend,

Giel Nijpels, voorzitter Dorpsraad Zwaagdijk-West

———————————————————————————————————————–

Aan de raad van de gemeente Hoorn.

2 april 2020.

Geachte collega-raadsleden,

Het college van uw gemeente heeft uw raad recentelijk per brief geïnformeerd over het proces dat het college gaat toepassen betreffende de ontwikkeling op bedrijventerrein Zevenhuis ten aanzien van verzoeken voor een hogere bouwhoogte. Bij verzoeken van 11 tot 15 meter hoogte kan, na het doorlopen van de in de brief genoemde stappen, nog steeds toestemming worden verleend door het college.

Hoewel in beginsel het bestemmingsplan wordt aangehouden, heeft het college aangegeven dat als er geen geschikte bouwlocatie beschikbaar is voor een bouwhoogte tot 15 meter, het middenge-deelte van het bedrijventerrein in beeld komt.

Ondanks het in de brief genoemde vooroverleg over bouwplannen tot 15 meter betekent dit in onze ogen nog steeds dat het college bevoegd is om medewerking te verlenen aan bouwplannen tot 15 meter hoog. En dat is in strijd met het door uw raad vastgestelde bestemmingsplan.

Omdat het gaat om een controversieel besluit (er wordt immers geen recht gedaan aan afspraken met de bewoners van Zwaagdijk-West, de gemeente Medemblik en de raad) zou naar ons inzicht uw raad hier een besluit over moeten nemen!

Als u met ons van mening bent dat uw raad hier aan zet zou moeten zijn, dan zou de betreffende brief van het college over Zevenhuis voor uw commissie geagendeerd moeten worden, zodat de raad zich hierover uit kan spreken.

Het mag duidelijk zijn dat de raad van de gemeente Medemblik een dringend beroep op onze collega’s in de raad van Hoorn doet om de met Medemblik en de bewoners van Zwaagdijk-West gemaakte afspraken gestand te doen.

Met vriendelijke groet en dank voor uw aandacht,

De raadsleden van de gemeente Medemblik, namens deze,

J. de Vries (VVD) E. v.d. Bosch-Swagerman (CDA) S.P. Zeilemaker (PWF)

L. Plekker (Gemeentebelangen) T. Beuker (PvdA) G. Mos (D66)

R. Manshanden (GL) C. Neefjes (PW2010) S. Visser-van Eijk (CU) A. Meester (BAMM)

—————————————————————————————————————–

April 2020

Dorpsraad Zwaagdijk-West en omwonenden

Mijn verweer:

Het verweerschrift stelt ten onrechte dat bedrijven in de sector transport, logistiek en distributie zich zonder meer op Zevenhuis zou mogen vestigen. In het convenant afgesloten op 7 december 2009 staat letterlijk: ’t Zevenhuis, faciliteert bedrijven in de sector gemengd bedrijf met een maximale kavelgrootte van 1,5 ha. ’t Zevenhuis faciliteert geen bedrijven in de doelgroep Transport, Distributie & Logistiek. Voor ’t Zevenhuis zal op basis van de in juni 2009 vastgestelde Structuurvisie ’t Zevenhuis een nadere segmentering en typering worden uitgewerkt zodanig dat deze is afgestemd met andere bedrijventerreinen in de regio, waardoor er sprake zal zijn van een gedifferentieerd aanbod. Dit artikel zal in het bestemmingsplan ’t Zevenhuis worden uitgewerkt en vastgelegd. In het regionaal convenant van april/juni 2018, als bijlage door de gemeente Hoorn meegestuurd, staat onder andere dat regionale afstemming van bedrijventerreinen in de regio van belang is omdat er een overaanbod van bedrijven terreinen bestaat. Het getal van driemaal meer aanbod dan de vraag wordt letterlijk vermeld. De considerans is ondertekend door de diverse gemeenten in West-Friesland waaronder vertegenwoordigers van de gemeente Hoorn en Medemblik. Daarin is eveneens te lezen dat bij elke planologische wijziging van te voren overleg zal worden gevoerd met vertegenwoordigers van de betrokken gemeenten. De genoemde afwijkingsbevoegdheid heb ik in geen enkel officieel stuk kunnen lezen, integendeel het meegestuurde brief van de Provincie Noord-Holland van juni 2017 behandelt het voornemen dat Distriport niet wordt ontwikkeld, en Zevenhuis wordt nergens genoemd. Aangezien ik geen officieel stuk bezit waarin wordt vermeld dat bedrijven in sector transport, logistiek en distributie zich op Zevenhuis zou mogen vestigen, ga ik er van uit dat dit een planologische verandering is en dat men van te voren met de gemeenten die betrokken zijn, de gemeente Medemblik, dit van te voren zou moeten overleggen. Bovendien is het een zo gewichtig besluit dat hoe dan ook de gemeenteraad van Hoorn van te voren betrokken zou moeten worden bij de besluitvorming wat niet is gebeurd, wat u kunt lezen uit de vragen die door raadslid Bennis van het CDA aan het college zijn gesteld.

In het verweerschrift wordt gemeld dat Gedeputeerde Staten ontheffing zou hebben verleend om de aanleg van een bedrijventerrein planologisch mogelijk te maken en is het bestemmingsplan op 26 juni 2012 vastgesteld. Hiertegen hebben wij geen beroep ingesteld omdat naar ons idee de destijds geformuleerde voorwaarden van het convent golden. Het verweer stelt onder punt 2 dat het belangrijk is om een ondernemersgerichte aanpak als uitgangspunt te hanteren. Dat is door de gemeente Hoorn blijkbaar vertaalt als, ik citeer letterlijk, het inzetten op (door)ontwikkeling van plekken waar vanuit bedrijven vraag naar is. Daarmee zou het toestaan van een hogere bouwhoogte daarbinnen passen. Op de bouwhoogte kom ik terug, maar het gegeven dat afgesproken is dat een ondernemingsgerichte aanpak leidend is, betekent naar ons idee niet dat daarmee het bestemmingsplan mag worden genegeerd.

Uiteraard kunnen wij ons voorstellen dat er afspraken moeten worden gemaakt met alle Westfriese gemeenten zoals in het verweer wordt gesteld, echter dat betekent dat belangrijke planologische veranderingen moeten worden besproken en dat met betrekking tot Zevenhuis in ieder geval met de gemeente Medemblik, maar ook met de direct betrokken bewoners van de Zwaagdijk en hun vertegenwoordiger de Dorpsraad. Kortom: Ik blijf bestrijden dat de gemeente Hoorn zonder vooroverleg mocht beslissen dat een bedrijf in de sector transport, logistiek en distributie zich op Zevenhuis mag vestigen.

Ten aanzien van de groenstrook. In het verweer wordt gesteld dat de nu beschreven groenstrook in een nieuwe situatie waarbij tot 15 meter mag worden gebouwd, voldoet aan de eisen dat de panden aan het zicht worden onttrokken. Het verweer stelt dat het bedrijventerrein Zevenhuis wordt ontwikkeld door de Exploitatiemaatschappij Zevenhuis. Blijkens het verweer is door de gemeente Hoorn afgesproken dat de ontwikkelaar Scholtes openbare ruimte aanlegt. Voor de aanleg van de noordelijke groenzone betekent dat, dat Scholtens het ontwerp maakt waarbij het Beeldkwaliteitsplan Zevenhuis richting gevend is en de aanleg van de groenzone uitvoert. Het verweer stelt dat verschillende malen met omwonenden overleg is geweest. In 2013 en 2014 is er enkele malen overleg gevoerd met de toenmalige leden van de dorpsraad. In 2015 is door dhr. Weppner een brief uitgegaan waarin hij een positief oordeel gaf over het ontwerp. Echter, toen was er nog geen sprake van een bouwhoogte van 15 meter. Uiteindelijk is de gemeente Hoorn akkoord gegaan met het ontwerp en dit is in de brief van de Exploitatiemaatschappij van 1 oktober 2015 meegedeeld aan de omwonenden (zie bijlage 3). In het ontwerp staat letterlijk: Om de negatieve zichteffecten van de weg vanuit Zwaagdijk te beperken, wordt een stevige bomenrij op maaiveldniveau geplant. Deze bomenrij wordt in oostelijke richting voortgezet. Waar bedrijven een zichtrelatie met de weg hebben, wordt een open groenstructuur toegepast, elders komt een dichte groensingel. Maar meer dan dat, al zou in 2015 zijn afgesproken dat de groenstrook met bomen zou worden aangelegd, dan zou men in 2020 toch wel mogen verwachten dat daarmee op zijn minst een aanvang zou zijn gemaakt. Het argument in het verweerschrift dat het bedrijventerrein in drie fases wordt aangelegd en dat de groenstrook pas medio 2021 wordt aangelegd is heel bijzonder te noemen. Hiermee geven de twee partners in de Exploitatiemaatschappij, de gemeente Hoorn en ontwikkelaar Scholtes blijk van minachting van de belangen van de Zwaagdijk. Overigens in het verweerschrift wordt niet ontkent dat de groenzone nog niet is volgroeid. Verweerder meldt dat op de foto te zien is dat de wal een natuurlijke uitstraling heeft. Wij als dorpsraad vinden dat dit iets zegt over de opvattingen van verweerder over de belangen van de Zwaagdijk. Wij vinden het in ieder geval beneden de maat. De inhoud van het groenplan is in de nieuwe situatie volstrekt onvoldoende. Het belang van de bewoners van de Zwaagdijk is immers dat de bouwdozen aan het zicht van de Zwaagdijk worden onttrokken. Voor het groenplan is het ontwerpkader uit het Beeldkwaliteitsplan uitgangspunt geweest. Daartoe gaat men uit van een wal die aan de zijde van de Zwaagdijk circa 2 meter hoog is en aan de zijde van het bedrijventerrein circa 1 meter ten opzichte van het maaiveld. Op de wal en oevers wordt beoogd een dichte groene wand te realiseren, bestaande uit bomen en hoog bosplantsoen. Toegepast worden snelgroeiende bomen. De aangegeven groeisnelheid wordt heel optimistisch beschreven. De zomereik bijvoorbeeld, niet eerder genoemd in de stukken van de gemeente Hoorn waarin alleen sprake was van berken en elsen, groeit eenmaal een meter hoog 40 a 50 cm per jaar tot een meter of 6 a 7 , hierna gaat de groei in de hoogte veel minder snel. Met betrekking tot berken en elsen heb ik al de groeisnelheid in ons bezwaarschrift gemeld. Het positieve advies van de Adviescommissie Ruimtelijke Ontwikkeling (ARO) aan gedeputeerde staten over de landschappelijke inpassing van het bedrijventerrein is gegeven op grond van het bestaande bestemmingsplan. Echter in het bestemmingsplan was een bouwhoogte van 10 meter afgesproken, en niet de nu gevraagde 15 meter.

Ten aanzien van de bouwhoogte het volgende. Verweerder stelt dat als meegewerkt wordt aan een bouwplan dat in strijd is met het bestemmingsplan, wordt getoetst of de afwijking valt onder de activiteiten die zijn genoemd in artikel 4 van het Besluit. Verweerder stelt dat ook grote ontwikkelingen gefaciliteerd kunnen worden met dit artikel. Ook het bouwplan van Zevenhuis Logistics BV zou hieronder kunnen vallen. Gemotiveerd wordt met toetsing aan artikel 4 Bor Bijlage II. Een bouwhoogte hoger dan het bestemmingsplan toestaat zou passen binnen lid 1 van genoemd artikel. Ik ben geen jurist. Ik heb advies gevraagd aan een collega hoogleraar Prof. André Thomsen van de TU Delft. Ik citeer letterlijk uit zijn reactie: Ik vermoedde al dat het om de kruimelregeling zou gaan. In de tekst die je meestuurde wordt dat ingemasseerd met wat jurisprudentie, uiteraard alleen ondersteunende met weglating van de ook ruim aanwezige negatieve uitspraken. Probleem is dat de toepassing van deze wetgeving weinig consistent is. 10 of 15 meter is een fors verschil van 50%. Ik begrijp dat het een nieuw bedrijfsterrein betreft waarvoor een vrij recent bestemmingsplan geldt zonder afwijkingsbevoegdheid waaronder dit zou kunnen vallen; dan is de bestuursrechter of de Raad van State meestal streng, immers waarom heb je als gemeente dan 10 m en geen 15 m vastgelegd?). Zover ik kan overzien is:

– Het bestemmingsplan is de enige rechtsgeldige grondslag; 15 m is daar simpelweg mee in strijd.

– De dwarsdoorsneden geven geen goede maatstaf voor de beoordeling, want het betreft de rand van het stedelijk gebied en het nog redelijk ongeschonden buitengebied.

– Met die overgang moet zorgvuldig omgegaan worden; dus niet de uitspraak van 10 meter naar 15 meter is niet zo veel; dat moffel je niet weg met een rij populieren.

– De afwijking van 50% is te groot,het verschil tussen een flinke woning of een 5-laags flatgebouw! Daar is Kruimelregeling niet voor bedoeld.

– Wat jurisprudentie kruimelregeling betreft: ook veel tegen.

Tot zover het citaat uit de mail van Prof. Thomsen. Een ander punt hier betreft dat in april 2019 ik met de toenmalige wethouder Tap in het bijzijn van de burgemeesters van Hoorn en Medemblik mij is verzekerd, dat er geen plannen waren om het bestemmingsplan te negeren en dat bij elke geplande verandering met de dorpsraad zou worden overlegd. U begrijpt dat dit niet heeft plaatsgevonden. De dorpsraad is van mening dat er niet voor niets een redelijk recente bestemmingsplan ligt waarbij 10 meter hoogte is toegestaan en dat de zogenaamde kruimelregeling in deze casus niet van toepassing is. Recent heeft het college van B&W van de gemeente Hoorn een brief gestuurd waarin is gemeld dat men zich houdt aan het bestemmingsplan mits er overwegende economische belangen zijn om dit te negeren. Het college laat hiermee zien dat economische belangen prevaleren boven het belang van omwonenden. Dit onderdeel van mijn betoog wil ik eindigen met het volgende. De overheid in zijn algemeenheid, dus ook de lokale overheid, heeft een zorgplicht tegenover de burger. Die zorgplicht houdt onder andere in dat het de burger beschermt tegen belangen van bedrijven en de overheid zelf. De wet, zo stelt in een toelichting van de grondwet, moet het belang van de burger beschermen op onder andere het gebied van volksgezondheid en bewoonbaarheid van het land en het milieu. De gemeente Hoorn is hierin ten aanzien van de bewoners van Zwaagdijk ernstig te kort geschoten. Het besluit Omgevingswet artikel 4 lid 1 is geen speeltje die men naar eigen believen mag overtreden.

In het verweerschrift wordt nog een apart onderdeel geweid aan de zichtlijnen. Er wordt gemotiveerd waarom men is uitgegaan van 300 meter. Niet wordt ontkent dat de achtertuinen van de betreffende bewoners op minder dan 200 meter afstand zich bevinden van maar dat is gekozen om de zichtlijnen te laten beginnen op ooghoogte in het hart van de Zwaagdijk, omdat dit de locatie is die het meest wordt gebruikt door de bewoners aan de Zwaagdijk. Bijzonder omdat men dan op het midden van de Zwaagdijk staat (het midden van de weg bedoel ik). In het verweerschrift wordt geschermd met doorsnede A-A’ en B-B’. Men beweert dat de bouwhoogte van 15 meter niet zichtbaar zou zijn vanuit de achtertuin. Met de in het bezwaarschrift van de dorpsraad meegestuurde foto van een gebouw op grotere afstand en van 15 meter hoogte kunt u gemakkelijk zien, hoe er wordt gegoocheld met lijnen om u te overtuigen dat een gebouw van 15 meter niet zichtbaar is. Over de bomenrij heb ik al voldoende gezegd. De commissie kan zich zelf overtuigen door langs de Zwaagdijk te rijden en te zien hoe de gebouwen nu al het uitzicht naar Zevenhuis domineren. De opmerking dat de provincie akkoord is gegaan met de groenzone in het ontwerpkader is uitgegaan van het huidige bestemmingsplan met de maximale bouwhoogte van 10 meter. Ik heb geen behoefte om verder in te gaan op de argumenten die in het verweerschrift zijn genoemd dat deze gebouwen vanaf de Zwaagdijk niet zichtbaar zouden zijn.

Als laatste heel kort met betrekking tot het fastfood court. Het bezwaar van de dorpsraad was niet gericht tegen de vestiging van een dergelijk fastfood court. Echter, het was in ons bezwaarschrift een illustratie van hoe wordt omgegaan met het duurzaamheidskarakter van Zevenhuis. Verder wil ik daarop niet ingaan.

Ik hoop met mijn betoog de commissie te hebben overtuigd dat de omgevingsvergunning op onterechte gronden zijn toegewezen.

——————————————————————————————————————-

Dorpsraad Zwaagdijk-West
G. Nijpels, secretaris
Zwaagdijk 445, 1685 PE Zwaagdijk
Tel: 0229-573083, mobiel: 0653918151

Zwaagdijk-West, 23-01-2020

Aan: College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Hoorn
Postbus 603
1620 AR, Hoorn

Geacht college,

Hiermee maak ik namens de Dorpsraad Zwaagdijk-West bezwaar tegen de omgevingsvergunning nummer 201900732, OLO nummer 4443429, intern nummer 7885. Het gaat om de vestiging van een bedrijfspand van Zevenhuis Logistics B.V., op perceel Adam Smithweg naast nummer 1 te Zwaag, kadastraal: Sectie I nummer 13363.

De aanvraag van de omgevingsvergunning betreft een gebouw welke een transport-, distributie- en logistieke functie heeft, met een bouwhoogte van 14,95 meter. In het bestemmingsplan is geregeld dat in het gebied waar het bedrijf zich wil vestigen een bouwhoogte is toegestaan van 10 meter en met de zogenaamde binnenplanse afwijking van 10% uiteindelijk 11 meter is toegestaan. Uw college meent dat van het bestemmingsplan mag worden afgeweken om de navolgende redenen.

Voor het toestaan van een transport-, distributie- en logistieke functie wijkt u af van het bestemmingsplan vanwege artikel 4.6 lid d. De afwijkingsbevoegdheid heeft u opgenomen omdat Distriport niet werd doorgezet en er op 7 juni 2018 een nieuw convenant is gesloten dat Distriport niet meer zou worden ontwikkeld. U meent op grond hiervan dat de bovengenoemde functie dan wel op Zevenhuis is toegestaan. Opmerkelijk omdat in artikel 3 van het vorige convenant duidelijk was bepaald dat ’t Zevenhuis bedrijven faciliteert in de sector gemengd bedrijf met een maximale kavelgrootte van 1,5 ha. Bovendien was bepaald dat ’t Zevenhuis geen bedrijven faciliteert in de doelgroep Transport, Distributie & Logistiek. In het nieuwe convenant is de omschrijving van deze bepaling niet gewijzigd. Het is goed om te beseffen dat de destijds bestaande gemeente Wognum heeft toegestemd in de grondoverdracht van Zevenhuis naar Hoorn als voldaan zou worden aan de bovengenoemde bepaling. Het bedrijf wat zich op dit perceel gaat vestigen voldoet daar niet aan, en daar maken wij bezwaar tegen.

Voor het toestaan van een hogere bouwhoogte, in plaats van 10 meter 14,96 meter (een toename van 50%). De motivatie om dit toe te staan wordt op bladzijde 3 van de omgevingsvergunning beschreven.

  • Op grond van twee dwarsdoorsneden is beschreven wat het uitzicht van de Zwaagdijk wordt met betrekking tot het nieuwe gebouw. Men is daarbij uitgegaan van de al aanwezige bebouwing, de maximale bouwhoogten en een groenzone van 21 meter aan de noordzijde van het bedrijventerrein. Die groenzone zou deels al zijn aangelegd, men gaat uit van een verhoogde wal en de aanplanting van berken en elzen, die zouden groeien tot een hoogte van uiteindelijk 15-20 meter. Op grond van deze argumenten wordt beweerd dat er een dichte begroeiing zal ontstaan, de afstand van 300 meter groot zal zijn tot aan de Zwaagdijk en tenslotte dat dit voldoende is om het geplande gebouw aan de zicht te onttrekken. Een bijzonder detail is dat in de brief aan de raads- en commissieleden nog sprake was van de zogenaamde kruimelgevallen regeling (op basis van artikel 4, lid 1). De afweging waarom destijds het college meende vergunning te mogen verlenen.

In deze bezwaarbrief zal ik puntsgewijs de genoemde argumenten bespreken.

De groenstrook: in de omgevingsvergunning wordt gemeld dat de groenstrook deels is aangelegd. Op de meegestuurde foto’s kan men zien dat hier nauwelijks sprake van is, er is een verhoogde wal van ca een halve meter gemaakt waarop alleen onkruid en wat gras groeit. De Dorpsraad kan zich niet voorstellen hoe dat bijdraagt aan zichtvermindering van een bijna 15 meter hoog gebouw.

De aanwezige bebouwing: elders op het middenterrein is eveneens een gebouw geplaatst van meer dan 11 meter hoogte, wel op grotere afstand van de Zwaagdijk. Op de foto gemaakt vanuit het fietspad van de Zwaagdijk, kan men zien wat een impact dat heeft op het zicht van de aanwonenden. Meer dan dat, het ontkracht het argument van de kruimelregeling. Blijkbaar is er al eerder toestemming verleend voor de vesting van een dergelijk gebouw, helaas door de Dorpsraad te laat opgemerkt waardoor er destijds geen bezwaar tegen is gemaakt. Blijkbaar heeft het college zelf al bedacht dat het kruimelgevallen argument niet van toepassing kan zijn, aangezien wij dat als argument niet meer terug kunnen vinden in de omgevingsvergunning. Echter, ik benadruk hier dat de raadsleden en commissieleden met dat argument op 14 november 2019 wel is geïnformeerd.

De afstand van 300 meter tot aan de Zwaagdijk: In de berekening van 300 meter is gerekend van het midden van de weg Zwaagdijk. De woningen staand dichter op het bedrijventerrein om niet te spreken van de aangrenzende tuinen. De afstand van de percelen van de omwonenden tot aan het bedrijventerrein bedraagt minder dan 200 meter.

De aanplanting van berken en elzen: Berken en elzen worden aangeplant met een maximale hoogte van 4 meter met een groei van gemiddeld 40 cm per jaar. Dat betekent dat na 27 jaar de bomen volgroeit zijn met een hoogte van 15 meter en voor 20 meter 40 jaar. Elzen en berken hebben blad tussen de maanden mei en november. Dat betekent dat 5 maanden er geen blad aan deze bomen zitten en de bomen het uitzicht op het achtergelegen gebied niet zal ontnemen. Tenslotte zijn dit soort bomen niet van een grote bladdichtheid zodat zelfs als de bladeren aan de bomen zitten het uitzicht op het achtergelegen gebied niet wordt ontnomen. Om dit te illustreren heb ik een foto van een berk in de winterperiode bijgevoegd.

De aanwezige bebouwing op het bedrijventerrein: In de omgevingsvergunning wordt beweerd dat de aanwezige bebouwing en de bouwmogelijkheid van 15 meter wat uiteindelijk 16,5 meter mag worden, op een afstand van 25 meter van het gebouw waarvoor de vergunning is aangevraagd, ligt. Daarmee zou het te bouwen pand aan het zicht (visueel) worden onttrokken. Het moge duidelijk zijn dat de Dorpsraad niet blij is dat er een zone langs de Westfrisiaweg is gecreëerd met een toegestane bouwhoogte van 15 meter (en dus met de 10% regeling 16,5 meter). Het is goed te realiseren dat dit dan wel 600 meter van de Zwaagdijk af staat en ongeveer 500 meter van de woningen langs de Zwaagdijk. Wij kunnen met de beste wil van de wereld het argument dat de bestaande panden het pand waar een omgevingsvergunning voor is afgegeven visueel onttrekt aan de bewoners van de Zwaagdijk, niet begrijpen.

Noodzaak van een vestiging van een bedrijf van 15 meter: Er is voldoende ruimte voor een bedrijf van de grootte van Zevenhuis Logistics op de zone langs de Westfrisiaweg, het gebied waar tot 15 meter mag worden gebouwd. Zeker ten tijde van de eerste aanvraag waren de kavels op dat gebied niet vergeven. Het is om die reden onbegrijpelijk dat men nu voor dit bedrijf op de aangegeven plek een omgevingsvergunning heeft afgegeven.

Onze bezwaren moeten worden gezien in het licht van voortdurende schendingen van beloften en afspraken. Zo zou er alleen duurzame bedrijven worden gevestigd op Zevenhuis, die beloften zijn met voeten getreden. Naar aanleiding daarvan is er op 27 maart 2019 een gesprek geweest met ondergetekende en de destijds functionerende wethouder dhr. Tap en de burgemeesters van Hoorn en Medemblik. Onze zorgen over de bouwhoogten zijn besproken en er is door de toenmalige wethouder beloofd dat die bouwhoogte niet zou worden overschreden.

In het beeldkwaliteitsplan van 19 maart 2009 van de Grondmij voor de N23 was overeengekomen dat een forse groenstrook met bomen zou moeten worden aangelegd. Verder dat het grondlichaam van de verhoogde weg achter een sterke bomenrij op maaiveldniveau moet liggen. Niets van dit alles is gerealiseerd. Op 19 september 2017 werd op voorstel van het college van B&W van Hoorn een wijziging van het bestemmingsplan besproken. Men meldde toen dat bij een wijziging ook de belangen van omwonenden in ogenschouw dienen te worden genomen. Aangegeven werd dat vanuit de gemeente Medemblik, de dorpsraad Zwaagdijk-West en de direct omwonenden van Zwaagdijk West, géén maatschappelijk draagvlak voor de voorstellen tot wijzigen van het bestemmingsplan bestaat. Uiteindelijk heeft de dorpsraad uiteindelijk ingestemd met het toen voorliggende bestemmingsplan, dat was bestemd voor midden- en kleinbedrijf met een grote duurzaamheidsambitie. Op 3 oktober 2018 moesten wij uit de krant vernemen dat er een zogenaamde ’Multi Traffic Point’ bij de entree van bedrijventerrein Zevenhuis zou worden gevestigd. Het gaat om tankstation met shop en een groot autowascentrum, restaurants van McDonald’s, De Beren, Kentucky Fried Chicken, Febo en Subway. Daarnaast krijgt Spare Rib Express een plek in de tankshop. Het terrein van 17.000 vierkante meter wordt dan het grootste ’food en automotive court’ in Noord-Holland. Voorwaar geen bedrijven met een duurzaamheidsambitie.

Concluderend is het duidelijk dat de Dorpsraad Zwaagdijk-West ernstige gemotiveerde bezwaren heeft tegen de vestiging van een bedrijf met die bouwhoogte. Wij vragen u daarom de omgevingsvergunning te vernietigen.

Hoogachtend,

G.Nijpels